Bolk ziet kansen met Audi A1: “Dit is 100 procent een kampioensauto”

Jaap Bolk baarde de eerste twee wedstrijden van het Autocross Masters-kampioenschap opzien met zijn gloednieuwe Audi A1. Een nieuwe parel in de toerwagenklasse dient zich aan. Reden genoeg om in gesprek te gaan over de ervaring, de ambities en het gevoel met deze nieuwe auto.

Wie de A1 over de baan ziet vliegen, weet dat het een project met veel potentie is. Als je de wagen dan ook nog eens van dichtbij bekijkt, wordt al snel duidelijk dat er op dit nieuwe concept weinig aan te merken is. De groene bolide is zeer netjes gebouwd en ook onder de kap is de Audi A1 in potentie een wagen die vooraan mee kan doen. Dat is overigens ook de mening van coureur Jaap Bolk, die in Terwolde zijn competitieve debuut maakte met de Audi. “Als ik je ga vertellen wat deze auto kan, dan gelooft niemand dat”, zegt Bolk in Terwolde in gesprek met DeCrozz.nl. “Dat vind ik overigens ook niet zo belangrijk. Het is in deze klasse vooral belangrijk om continu derde of vierde te worden het hele jaar. Je hoeft niet eens een wedstrijd te winnen, ook dan kun je kampioen worden. Daar gaat het mij niet om, ik wil voor de lol rijden en met een leuk team werken. We gaan voor de gezelligheid. Er staat 100 procent een kampioensauto, als je een topcoureur in deze auto zet win je alle manches. Daar durf ik wel op in te zetten. Ik heb dat niet, zo eerlijk ben ik. Het is mijn hobby, het is leuk om te doen. Dit is mijn uitlaatklep terwijl een ander bijvoorbeeld in de kroeg zit.”

Mooiste tijden beleefd in de bangers

Door het coronavirus viel de hele crosswereld stil, maar dat gaf Bolk de kans om te werken aan een nieuw concept. De man uit Driebruggen heeft een lange geschiedenis in de sport, jaren geleden begon hij met racen in de bangers. “Een auto van 50 gulden en daar konden we twee of drie jaar mee racen én veel winnen”, vertelt Bolk enthousiast. “Dat waren echt prachtige tijden. Daarna ben ik overgestapt naar de keverklasse, dat was niet mijn ding. Toen heb ik speedbootrace gedaan en heel veel gewonnen. Op een gegeven moment werd dat wereldje een beetje onvriendelijk. Ze gingen je niet meer feliciteren als je op het podium stond en de wedstrijden won. Daar was ik op den duur ook klaar mee. Toen groeiden m’n kinderen verder op en die vonden het leuk als ik zou crossen, zo ben ik weer begonnen.”

In de toerwagenklasse kwam Bolk achtereenvolgens in actie met een VW Golf en een Corrado. “We kwamen tot de conclusie dat de Corrado toch niet goed gebouwd was, dus toen zijn we naar een Audi A1 gaan kijken”, aldus Bolk, die een bestaand project heeft overgenomen. “Er stond een chassis te koop, iemand was er al aan begonnen. Daar hebben wij hem van gekocht en die deed er niets meer mee. Toen zijn wij doorgegaan, we hebben een paar dingen weggehaald en hebben de auto aangepast. Dan begin je ergens anders aan en daar is dit het resultaat van. We hebben dit stap voor stap opgebouwd en uiteindelijk zijn er steeds meer dingen die je aanpakt. Dan staat er op een gegeven moment zo’n kanon.”

Hoewel er het afgelopen anderhalf jaar amper wedstrijden zijn geweest, zat Bolk met zijn team niet stil om de wagen op niveau te krijgen. “We hebben tussendoor nog veel kunnen testen”, zegt hij. “En dan kom je een hoop tegen. We hebben allerlei dingen gevonden die niet naar wens waren, zoals de turbo. Die hebben we een paar keer vervangen en nu hebben we een turbo uit Duitsland, die past bij deze motor. Die is veelbelovend en dat komt er deels ook wel uit.” In vergelijking met de grote Mitsubishi’s of de forse Audi van bijvoorbeeld Robbert Beelen, lijkt de Audi A1 van Bolk een heel compacte wagen. Schijn bedriegt, stelt hij: “De wielbasis is hetzelfde als bij de Golf of de Corrado. Daardoor waren er ook dingen uitwisselbaar tussen die auto’s.” Wat betreft het rijgedrag is de Audi wel een significante stap beter dan de voorgangers waar Bolk mee reed. “Deze auto doet precies wat ik wil. Hij stuurt ongelofelijk zo’n auto heb ik nog nooit gehad. Het doet wat je wil.” Bolk greep het weekend in Terwolde aan om te testen op zo’n 60 procent van de potentie. In Wijhe ging er een stapje bij, maar we hebben nog lang niet alles gezien van deze nieuwe wagen. “Het is leuk als je het vermogen hebt, dat scheelt zeker. Maar wij hebben de luxe dat we terug kunnen schroeven en elke manche iets kunnen doen om harder te gaan.”

Om meer uit dit nieuwe concept te halen, moet Bolk ook bij zichzelf op zoek naar verbetering. “Met zo’n nieuwe auto begin je toch helemaal van nul, dus in die zin maakt het mij niet uit dat we anderhalf jaar stilgestaan hebben”, aldus Bolk. “Ik wil best een heel jaar testen, maar volgend jaar wil ik er toch wel graag bij staan. Het kan ook zijn dat het dit jaar al gaat. Ik moet leren om meer gas onderuit te halen, toeren houden om die motor aan het werk te houden. Dat moet ik bijvoorbeeld onder de knie krijgen. Iedereen roept altijd over ‘vol gas’, maar doe het maar eens als je in zo’n auto zit en met vijftien anderen voor de start staat. Dat is iets heel anders. Ik heb geen zenuwen, ik laat het over me heen komen. Met het vertrouwen in het materiaal zit het wel goed. Dit is een topauto, maar het kan natuurlijk altijd kapot. Het ergste is als er een ander in duikt, maar er wordt wel fair gereden. Ik maak me geen zorgen.”

Bolk streeft naar het hoogste, maar ziet dit jaar als een testjaar. “We zien dit seizoen echt als een test. We pikken een heel aantal wedstrijden mee en proberen de wagen steeds een beetje beter te maken. Als we kunnen winnen of op het podium eindigen, is dat alleen maar leuk. Hopelijk kunnen we dan volgend seizoen weer een stap maken.” Ondanks dat Bolk een inschrijving heeft voor het NK, ligt de focus voorlopig op de Masters-wedstrijden. “Het is wat rustiger, de banen zijn breder. Ik wil de auto leren kennen zonder dat de druk heel hoog is en het is bij de Masters ook gezellig. De organisatie is heel anders dan op de NK, het gaat er wel wat anders aan toe en dat trekt mij wel aan.”

Podcast: Luister naar De Kopstart over AM Terwolde/Wijhe en het NK Autocross